Nieuwe normen voor bomen en groen in de stad

Van Europees beleid tot landelijke bomennorm

.

Europese Natuurherstelwet zet stedelijke bomen en groen op de kaart

Het belang van stadsbomen en ander stedelijk groen wordt steeds meer onderkend, ook door beleidsmakers op verschillende bestuursniveaus. Het is mooi om alle groene amibities te zien, van klimaatadaptatie tot het creëren van een gezondere leefomgeving, maar uiteraard is het essentieel dat er ook echt actie wordt ondernomen. Hierbij is het van groot belang om duidelijke richtlijnen en normen te gebruiken, zowel om duidelijke doelen te stellen als om voortgang te kunnen meten. In Nederland is er al langere tijd een discussie rond een landelijke groennorm, bijvoorbeeld in de vorm van een minimum groenoppervlak per bewoner or woning. Dit proces is inmiddels in een stroomversnelling geraakt voor de goedkeuring van de Europese Natuurherstelwet (ENHW) in de zomer van 2024.

De ENHW stelt regels vast voor het herstel van ecosystemen en biodiversiteit in de lidstaten van de Europese Unie (EU). Hierbij staan ook stedelijke ecosystemen, die ongeveer 22% van het landoppervlak van de EU beslaan, centraal. In de ENHW is er aandacht voor stedelijke groene ruimte, maar als noviteit wordt er ook sterk de nadruk gelegd op bomen en boomkroonbedekking. In de nieuwe Wet staat (Artikel 8.1): “Uiterlijk op 31 december 2030 verzekeren de lidstaten dat er geen nettoverlies is in de totale nationale oppervlakte stedelijke groene ruimte en stedelijke boomkroonbedekking in stedelijke ecosysteemgebieden (…).” Dit geldt overigens alleen voor gebieden waar de stedelijke groene ruimte minder dan 45% beslaat en voor gebieden waar de boomkroonbedekking onder de 10% ligt. Daarvan zijn er in Nederland behoorlijk wat.

Boomkroonbedekking en regelmatig meten

Op zich is 10% boomkroonbedekking niet veel, zeker wanneer gekeken wordt naar huidig onderzoek naar de relatie tussen boomkroonbedekking en bijvoorbeeld verkoeling en gezondheidswinsten. Volgens mijn 3+30+300-vuistregel moeten we eerder richting de 30% boomkroonbedekking gaan om echt een verschil te maken en wijken toekomstbestendig en gezond te maken. Maar de nieuwe norm betekent bijvoorbeeld wel dat landen en gemeenten moeten gaan meten hoeveel boomkroonbedekking er is in het stedelijk gebied en hoe dit verandert in de loop der tijd. Vanaf januari 2031 dient er elke zes jaar gemeten worden.  Gebieden met minder dan 10% boomkroonbedekking horen vanaf dan een positieve ontwikkeling te tonen. Ook zijn landen verplicht een nationaal herstelplan te ontwikkelen, een voorwaarde die beleidsfocus op stadsbomen verder zou moeten versterken.

Ontwikkelingen in Nederland: de landelijke bomennorm

Nederland heeft al een stapje voor, tenminste in potentie. De 3+30+300-vuistregel wordt inmiddels door veel gemeenten op de een of andere manier toegepast, als richtlijn of doelstelling van groen- en bomenbeleid, maar ook in bijvoorbeeld klimaat- en gezondheidsplannen. De vuistregel maakt vergroening meetbaar en legt de nadruk op bomen en boomkroonbedekking. Bovendien is er dankzij het Norminstituut Bomen sinds voorjaar 2024 een landelijke bomennorm. Deze nieuwe norm is gekoppeld aan de 30-component van 3+30+300, maar maakt de belangrijke vertaalslag van kroonoppervlak naar boomkroonvolume (BKV). Kroonvolume heeft een meer directe koppeling naar verschillende ecosysteemdiensten. Bomen zijn uiteraard driedimensionaal, ook in de beleving van bewoners. Door de focus te verleggen naar BKV wordt het belang van (behoud en beheer van) grote bomen beter onderkend. Immers levert één boom van de eerste grootte veel meer ecosysteemdiensten dan een groot aantal kleine boompjes. Het gebruik van BKV als groennorm wekt inmiddels de interesse van andere landen, maar voorlopig neemt Nederland een unieke positie in met deze stap.

De landelijke bomennorm maakt onderscheid tussen vier categorieën van BKV: zeer weinig, weinig, matig, en sterk (de streefwaarde). Per vierkante meter bodemoppervlak moet er in dat laatste geval tenminste 2.2 m3 boomkroonvolume zijn. Zie de onderstaande tabel voor meer details.

Tabel: Overzicht Landelijke Bomennorm (Bron: Norminstituut Bomen)

Toepassing van de nieuwe norm is inmiddels gestart. Nu is het te hopen dat de landelijke en lokale overheden in Nederland de norm en de nieuwe richtlijnen van de Natuurherstelwet op goede en gecoördineerde wijze gaan inzetten. Zoals gezegd zou de nadruk vooral moeten liggen op het belang van vooral grotere bomen voor een goede en gezonde leefomgeving.

Bronnen:

3+30+300-vuistregel: https://www.330300rule.com/

Europese Natuurherstelwet: https://vng.nl/nieuws/eu-lidstaten-stemmen-in-met-de-natuurherstelwet

Landelijke Bomennorm: https://www.norminstituutbomen.nl/bomennorm/

Auteur

Cecil Konijnendijk is al meer dan 25 jaar actief Baten van Bomenin onderzoek, onderwijs en advies met focus op ‘urban forestry’, stedelijk groen en zogenaamde ‘nature-based solutions’. Momenteel woont hij in Barcelona, vanwaar hij het nieuwe Nature Based Solutions Institute leidt. Ook is Cecil bijzonder hoogleraar ‘urban forestry’ aan de Universiteit van Brits Columbia, Vancouver, Canada.