Het belang van de bodem – Droogtestress en wateroverlast
De laatste jaren valt het erg op: we hebben steeds meer en langere periodes van droogte. Tegelijkertijd vallen er steeds meer zware buien, buien van soms wel 100 millimeter per dag. Deze kunnen door een uitgedroogde bodem niet meer verwerkt worden, waardoor het water bovengronds gaat afstromen. Dit leidt tot erosie: het verdwijnen van bodemdeeltjes. Nog geen twintig jaar geleden waren dit soort buien ondenkbaar, nu worden ze al bijna normaal gevonden.
De droogtestress die planten en bomen ervaren, wordt voor een deel bepaald door de hoeveelheid neerslag, maar de planten en bomen spelen spelen zelf ook een grote rol in de neerslagpatronen. Ook de hoeveelheid organisch materiaal in de bodem speelt een belangrijke rol.
Fotosynthese zorgt voor biomassa
Bomen nemen water op uit de bodem en voegen dat, gebruikmakend van lichtenergie, samen met koolstofdioxide uit de lucht. Dit proces kennen we als fotosynthese, besproken in deel 1 van deze serie. De geproduceerde biomassa (bladeren en takken, dode bomen) voedt het bodemleven.
Water
Het bodemleven verbetert de structuur en zorgt er zo voor dat het water de bodem goed kan binnendringen, het organische materiaal (de biomassa) en het bodemleven zorgen ervoor dat het water goed wordt vastgehouden en gezuiverd wordt. Een bodem kan per vierkante meter maar liefst 17 liter water per procent organische stof vasthouden. Een organischestofgehalte van 7 tot 10 procent is dan ook ideaal. Maar ietsje meer is ook niet erg.
Langzaam komt het water vrij
Doordat de bodem als een spons gaat werken, verlaat het water de bodem zeer langzaam. Zo kan het gebeuren dat een beek het hele jaar door stroomt, ook als het een tijdlang droog is geweest. Bomen verdampen een deel van het water; een volwassen boom kan duizenden liters water per dag verdampen.
Verkoeling
Verdamping kost warmte-energie, deze verdwijnt uit de lagere atmosfeer en gaat mee met de waterdamp hoog de atmosfeer in. Hierdoor is het onder een boom al snel 5 of 10 graden koeler. Dit voorkomt verdamping, in de schaduw van een boom is het altijd vochtiger dan elders.
Bio-aerosolen
De mycorrhizale schimmels waarmee de bomen samenwerken, leveren, naast voedingsstoffen, grote hoeveelheden water af aan planten en bomen. Maar misschien nog wel belangrijker is dat ze zich voortplanten. Schimmels produceren daartoe paddenstoelen die sporen produceren, bomen en planten produceren pollen. Dit zijn beide bio-aerosolen: zeer kleine deeltjes die door middel van luchtstromen hoog in de atmosfeer terechtkomen. We praten hier over gigatonnen per jaar.
Condensatiekernen
De sporen en pollen vormen zogeheten condensatiekernen. Waterdamp kan zich daaraan hechten, zodat er kleine druppeltjes kunnen ontstaan. Hierdoor kunnen er wolken gevormd worden.
Die wolken hebben een dubbel verkoelend effect. Enerzijds doordat ze de warmte van de zon meteen weer de atmosfeer uit kaatsen; ze zijn wit en verhogen de albedo. Anderzijds doordat de waterdamp als regen de atmosfeer verlaat. Waterdamp is namelijk een heel sterk broeikasgas. Het wordt zo weer waardevolle regen die in de bodem wordt opgeslagen en gezuiverd.
Waterkringloop
Veel mensen denken dat woestijn ontstaat door het ontbreken van water, maar eigenlijk is het het ontbreken van planten en bomen. Als je deze terugbrengt, komt het water ook weer terug. Simpelweg omdat de waterkringloop weer hersteld wordt. En die heeft alles te maken met levende organismen: bomen, planten, schimmels en bacteriën zijn onmisbaar om een gezonde waterkringloop te hebben.
Auteur
Deze publicatie is een onderdeel van de achtdelige serie ‘Het belang van de bodem’ door Marc Siepman.
Marc Siepman zet zich in voor zijn visie; een planeet waarop we ons weer onderling afhankelijk voelen. Waarop alles en iedereen in vrijheid toegang heeft tot gezonde voeding, schoon water, schone lucht en beschutting. Marc Siepman schrijft artikelen, blogs en columns. Ook geeft hij cursussen, lezingen en workshops over de bodem, systeemdenken, permacultuur en economie.