Klimaatverandering en bomen – Bomenemotie door parkeerdruk

Klimaatverandering en bomen – Bomenemotie door parkeerdruk

Bomen en parkeren: voer voor emotie in heel veel woonstraten. Toch kunnen beide wezenlijke onderdelen van de openbare omgeving heel goed samen gaan. Mits de groeiplaats goed is aangelegd.

Zelfs vandaag de dag wint parkeren het hier en daar nog van groen. Auto’s worden breder en langer, waardoor parkeervakken moeten groeien. Parkeernormen mogen dan dalen; in veel wijken worden ze ten opzichte van de normen tijdens de bouw van deze wijken alleen maar uitgebreid. Ziedaar de explosieve mix van belangen waarvoor de gebiedsmanager staat bij een ophoging of renovatieproject.

Kansen
Toch biedt renovatie van een wijk kansen. Het kan een aanleiding zijn om krakkemikkige bomen te vervangen, gezonde te helpen en vooral te vergroenen. Wie denkt aan de 3-30-300 stelregel van Cecil Konijnendijk, waarbij de 30 staat voor 30% kroonbedekking van een wijk, kan juist in de buurt van parkeerplaatsen het verschil maken. Met dit kroonpercentage wordt niet alleen hitte getemperd. Ook kan fijnstof worden gevangen. Aardig is dat de verdamping van benzine uit stilstaande auto’s in de zomer een stuk lager is als ze in de schaduw zijn geparkeerd. Letterlijk een besparing.

Groeiplaats uitgangspunt
Het opofferen van een of meer parkeervakken schept ruimte voor een open groeiplaats; toch nog altijd het beste voor de gezonde groei van een boom. Lukt dat niet, dan moet de groeiruimte onder de verharding worden gemaakt. Hier is een tweede maaiveld waarin bomen groeien in teelaarde, de beste én duurste oplossing. Second best zijn constructies met allerlei substraten en granulaten. Waarbij de granulaten in het nadeel zijn, omdat de stenen of lava in het granulaat – die het skelet van de groeiplaats vormen – ook ‘groeiruimte’ innemen. Het maken van een doorlatende verharding, zie afbeelding, maakt het mogelijk dat voldoende water de groeiplaats inloopt.

Zeer belangrijk is om toezicht te houden bij het maken van groeiplaatsen. Helaas hebben civiele aannemers gemiddeld genomen nog weinig benul van de impact van zand en beton in groeiplaatsen. Of is een flinke betonrug achter een trottoirband gebruikelijk om zeker geen verzakkingen te krijgen. Het resultaat is een (te) kleine groeiplaats waarin een boom niet tot in lengte van jaren de ruimte heeft.

Wortelopdruk is eigen fout
Wortelopdruk onder verharding is niet nodig. Daar waar de groeiplaats goed geconstrueerd is, groeien wortels daar waar wat te halen is: voeding, water en zuurstof. Zelfs notoire ‘wortelopdrukgevers’ als Schijnacacia en Populier kunnen veilig in parkeervakken worden toegepast. Zie bijvoorbeeld de populieren bij station Laan van NOI in Den Haag, waar vooral aanrijschade een issue is; van ernstige wortelopdruk is daar jaren na aanplant geen sprake.

Boom aanpassen
Ook hier geldt: plant de juiste boom op de juiste plaats. Een plataan in een krappe ruimte gaat wél op zoek naar meer eten. En veroorzaakt dan dus wortelopdruk. Als de groeiplaats kleiner is, kiest u voor een kleiner blijvende boom. Berekeningen met de Bomenmonitor (Handboek Bomen) geven een duidelijke richtlijn voor de boom die op een bepaalde plek kan groeien.

Verder is belangrijk dat u bij de soortkeuze doelen stelt: wilt u een boom die fijnstof vangt? Dan kiest u een boom met harige bladeren, of beter: naalden. Wilt u insecten voeden? Dan kiest u een boomsoort die na de langste dag bloeit. En pas op met het planten van Metasequoia en Valse christusdoorn: dat leidt op parkeerplaatsen geheid tot problemen met verstopte luchtroosters van auto’s. Om van druipende linden en esdoorns maar niet te spreken.

Over de Auteur

Jaap Smit heeft jarenlang ervaring als boomadviseur, waarbij communicatie, gevarieerd sortiment en klimaatadaptatie de rode lijn vormen. Naast zijn werk als adviseur van overheden en TU-Delft is hij ook de Groene Curator van Trompenburg Tuinen en Arboretum in Rotterdam. Jaap verbindt kennis van sortiment met actueel onderzoek, klimaatverandering, de boomkwekerij-sector en de groene inrichting van de bebouwde omgeving. Hij deelt die kennis graag in artikelen, tijdens lezingen, als gast-docent en in concrete adviezen.